Terug in Laos
Door: Lawax
Blijf op de hoogte en volg
08 Mei 2009 | Vietnam, Hanoi
De eerste dagen terug in Laos moet ik erg wennen aan de hitte. Het is tegen de 40 graden en het Hollandse lenteweertje zit nog in mijn botten. Voor het eerst van mijn leven ervaar ik een jetlag. Ik achtte dit onmogelijk met maar 5 uur tijdsverschil, maar na meer dan 30 uur zonder slaap is mijn bioklok toch van het padje. Het is erg fijn om weer bij Rein te zijn en we kletsen elkaar de oren van de kop. We gaan een aantal plekken in Laos bezoeken waar Rein al met Gary en Jo-Ann is geweest. Voor we richting Vang Vieng vertrekken, gaan we naar de Thaise ambassade om een gratis visum voor 2 maanden te halen. Het is er superdruk en tijdens het wachten stoot ik mijn teen aan een stuk ijzer van een stoel. Het bloedt, maar verder lijkt het wel ok. De dag erop vertrekken we naar Vang Vieng. Deze plek is zeer populair bij backpackers van het jongere soort die naar Azie komen vanwege de prijzen en het mooie weer. Ze hebben hier dan een alcoholiday, wat inhoudt dat ze dagelijks enorme hoeveelheden alcohol naar binnen werken. Vang Vieng is een plaatsje aan de rivier midden tussen prachtige kalksteenformaties. De hoofdattractie bestaat uit het in een opgeblazen binnenband afzakken van de rivier (tubing), onderweg stoppend bij de vele bars die aan de rivier gebouwd zijn. Een soort kroegentocht op het water. Jammer genoeg hebben velen tegenwoordig het gemak van de tuktuk ontdekt en is de afstand die ze in de tube afleggen verwaarloosbaar. Het water staat nu ook zo laag dat het een eeuwigheid duurt voor je met de tube weer terug bent in Vang Vieng. Elke bar heeft een swing, een hoge toren met een schuine paal waaraan een touw met een handvat hangt. Je swingt een gigantisch eind over het water, je laat los en plonst in de rivier. We vinden een prachtige hut in een rustig gedeelte aan de rivier. Voor tien euro is dit wel de mooiste hut die ik gehad heb, compleet met ramen en een grote veranda. Rein is al eerder in Vang Vieng geweest en laat me de Blue Lagoon zien. Het is een klein bassin in een even zo klein riviertje en het water is ijskoud en mooi blauw van kleur. Je kunt er aan touwen aan een boom swingen en een eindje verder is een mooie grot. Het is een heel mooi plekje en een hele goede manier om even af te koelen. Vervolgens laat Rein me het eilandje in de rivier zien dat eigenlijk het eindpunt was van de tubingexperience. Nu de meesten een taxi nemen, is dit eilandje het partygedeelte geworden waar mensen na tien uur naartoe trekken. Een aantal jaren geleden werd er overal nog openlijk geblowd en drugs gebruikt, maar de politie heeft inmiddels ingezien dat er goed te verdienen valt aan de rokers. Elke dag wordt er wel iemand gepakt met een jointje en dan moet je even 500 dollar schokken. Oppassen dus! De happy shakes, pizza´s en thee zijn op verzoek nog steeds verkrijgbaar, maar niet meer zo openlijk als voorheen. Happy wil zeggen: met een toevoeging. Deze toevoeging kan bestaan uit wiet, opium, paddestoelen of methamfetamine. De dosering is afhankelijk van het humeur van de pipo die achter de bar staat. Rein was al twee meiden tegen gekomen die drie dagen beroerd waren van een paddoshake, dus wij besluiten maar te passen. We drinken een biertje op het eilandje en gaan daarna lekker slapen. De volgende dag gaan we een tourtje doen. Rein heeft deze tour al met de Zuid-Afrikanen gedaan en hij wil nog wel een keer met mij. Eerst gaan we met tubes een grot in en daarna gaan we de rivier afzakken in een kayak, want dan ben je veel sneller dan wanneer je knetterlam in zo´n band hangt. Het s allemaal erg amusant en na wat gepeddel door stroomversnellinkjes arriveren we bij de rivierkroegen. De gammele, met ruwhouten planken in elkaar geknutselde plateaus staan vol met zatte apen en staan te trillen op hun grondvesten. Overmoedig geworden door de buckets met whiskey, cola en de Aziatische sterke variant van Red Bull klimmen de kids in de torens en doen ze de swing. De een nog onbenulliger dan de ander. Een soort Jackass. Er gebeuren hier elk jaar wel dodelijke ongelukken als mensen loslaten op de terugweg en vervolgens te pletter slaan tegen de toren. Of ze flikkeren bovenop iemand die nietsvermoedend in een tube Beerlao zit te drinken. De westerlingen die hier achter de bar werken fungeren als een soort proppers en werken tegen bier, kost en inwoning. Het is een uiterst vermakelijke puinhoop en na een biertje stappen we weer de kayak in en peddelen we terug naar Vang Vieng. ´s Avonds besluiten we ons ook maar eens in het feestgedruis te storten. We wandelen het dorp in en belanden in een kroeg met wat zatte meiden en jongens. Het lijkt wel een hormonenkermis en ik voel me opeens oud. Ik ben definitief geen jongere meer en begin al net zo te lullen over de twintigers zoals de dertigers destijds over mij deden. We besluiten een andere hangplek te zoeken en komen terecht in de Q-bar. Het is tot de nok toe gevuld met kids die in een uitgelaten stemming op de tafels dansen. De buckets gaan als warme broodjes over de toonbank en wij bestellen er ook maar eens eentje bij het zooitje ongeregeld dat achter de bar staat. Het spul is niet te zuipen, maar , toegegeven, binnen een half uur staan we vrolijk mee te dansen en te springen. Als de bar dicht gaat, trekt het hele spul naar het eilandje waar ook wij nog wat dansen in de regen. Een uurtje later gaan we terug naar de hut. Het is mooi geweest zo. Met een zwaar hoofd stappen we de volgende dag in Carlos en willen we de rivier oversteken om een duik te nemen in de Blue Lagoon. Er is een brug waar je tegen betaling overheen kunt, maar wij kunnen ook gewoon door de rivier rijden. Rein heeft dit al meerdere malen gedaan,maar vandaag hangt er opeens een lullige slagboom over het pad naar de rivier. Het water staat inmiddels zo laag dat bijna niemand de brug neemt, dus die corrupte apen hebben besloten dat ze ook maar tol gaan heffen voor het rijden door de rivier. We draaien accuut om. Hier werken we niet aan mee! Die arme bevolking hier heeft al geen nagel om aan de kont te krabben en moeten nu ook al de knip trekken als ze door het water naar de overkant willen. Belachelijk! We rijden naar de plek waar de rivierkroegen zijn en genieten nog een keer van het swing-en drinkschouwspel op de plateaus. De volgende dag vertrekken we naar Luang Prabang, de voormalige hoofdstad aan de Mekong. De weg er naartoe voert ons door een prachtig heuvellandschap. Helaas vindt ook hier een enorme ontbossing plaats en de aanblik van platgefikte heuvels maakt ons triest. Onderweg komen we nog een in Thailand woonachtige man uit Myanmar (Birma) tegen met zijn famillie uit Korea. In 1995 werd Luang Prabang met zijn 32 tempels toegevoegd aan de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Het is een prachtig stadje dat vol staat met Frans-koloniale architectuur, goede restaurants en guesthouses. Elke morgen om 6 uur doen de monniken hun ronde en de rust die van het slaperige stadje uitgaat is erg prettig. Ik vind het zelf toch ook wel een beetje artificieel, want het is allemaal erg schoon, gerestaureerd en aangeharkt. Ik vind de gebouwen die nog niet helemaal zijn opgeknapt het mooist. De laatste ochtend in Vang Vieng was ik wakker geworden met een zere teen. Ik denk dat het rivierwater in het wondje is gekomen en dat het daardoor is gaan ontsteken. In Luang Prabang begin ik met hete badjes met wasmiddel (bij gebrek aan soda), Petadine en zalfjes. Hopelijk geneest het snel. Op een ochtend wordt er aan onze deur geklopt. ´A friend is here to see you´. Als we naar beneden lopen, staat er een Nederlander. Hij is samen met wat Duitsers op pad met Toyota Landcruisers en hebben de auto´s van Duitsland naar Bangkok laten verschepen. Rene Hoogendoorn is een gepensioneerde KLM piloot en we brengen twee avonden met hem door. We horen hem helemaal uit over zijn voormalige beroep en krijgen veel mooie verhalen te horen. We blijven in totaal vijf dagen in Luang Prabang en hebben al een vlucht geboekt naar Vietnam. We bezoeken nog een prachtige waterval en vinden een goede parkeerplek bij een Nederlandse eigenaar van een restaurant. Daar staat Carlos de komende maand wel veilig. Op naar Vietnam. En naar Bart, want die komt ons voor de tweede keer opzoeken!