Sjors & Sjimmie in Afrika - Reisverslag uit Upington, Zuid-Afrika van depopjes - WaarBenJij.nu Sjors & Sjimmie in Afrika - Reisverslag uit Upington, Zuid-Afrika van depopjes - WaarBenJij.nu

Sjors & Sjimmie in Afrika

Door: Lawax

Blijf op de hoogte en volg

14 Februari 2011 | Zuid-Afrika, Upington

Op 18 januari brengt Rein Carlos weg voor verse bladveren en wat gesleutel aan de koppeling. Het is de dag dat onze vrienden, Jan Wouter en Hans, ons komen bezoeken in Windhoek. De antibiotica die ik voor mijn kies heb gekregen, begint een beetje te werken. Ik kan weer een beetje eten en er kan al een lachje af. De jongens hadden ons laten weten om 15.30 uur op het vliegveld te zijn, dus we hopen maar dat Carlos dan klaar is. Om 14.30 uur bellen we een taxi, want het gaat niet lukken. Heel toevallig is de taxichauffeur op het vliegveld en kan ons melden dat er om half vier helemaal geen vliegtuig uit Cape Town landt. We proberen Hans en Jan Wouter te bellen, maar krijgen geen contact. We besluiten eerst Carlos te halen en dan bij de eerstvolgende vlucht op het vliegveld te staan. Bij aankomst blijken ze niet met dit vliegtuig te zijn gekomen, dus gaan we ervan uit dat ze met die van 17.55 uur komen. Wij hebben ons verdekt opgesteld in een restaurantje en zijn vastbesloten ze in de maling te nemen. We vinden een politievrouw die ons spelletje graag meespeelt en als Hans als een dolle door de schuifdeur loopt, loopt de politievrouw naar hem toe. ''Are you Mr. Demmer?'' Je ziet Hans kijken. ''Yes”, zegt hij beduusd. ''Your friends already left. It took you to long to come here''. Verwarring alom en na een tijdje komen we tevoorschijn. De grap is zo slecht dat Hans denkt dat de hele douane ook in het complot zit. Ze moeten op hun visumbriefje namelijk een adres in Namibië opgeven en weten niets te verzinnen. Hans is dus naar ons op zoek voor een adres en denkt nu dat iedereen onderdeel van het complot is. We vertellen hem dat je op die briefjes gewoon maar wat moet neerzetten en onze vrienden zijn eindelijk binnen! We gaan uiteraard direct een biertje drinken en doen dat in Joe's Beerhouse, een gigantische Duits-achtige buitenstube die er geweldig uitziet. We drinken en eten er wat en na een fikse regenbui gaan we richting guesthouse. De volgende dag is het tijd voor de mannen om een auto te huren. Ze besluiten een 4WD auto met twee daktenten te huren. Na wat omzwervingen vinden we een verhuurbedrijf dat er wel een heeft staan. De verhuurder is uiterst precies in het demonstreren van het kampeerspul en we komen niet meer bij als Hans half in een tent op het dak zit en z'n hoofd naar buiten steekt. Jan Wouter benadrukt nog maar eens dat het echt niet de bedoeling is dat hij gaat kamperen, laat staan in een tent op de auto gaat liggen. Naast de tent van Hans, welteverstaan. Hij ziet het kampeerspul puur als een noodoplossing en wil in hotels of huisjes slapen. Hans is vast van plan te gaan kamperen, dus dat wordt lachen! We amuseren ons kostelijk met de gedachten aan het komende kampeeravontuur en vanaf nu noemen we de heren Sjors en Sjimmie. De daktenten zijn van het merk Howling Moon en met een papiertje, een dikke stift en wat plakband staat er in no time Honey Moon. Sjors en Sjimmie op huwelijksreis! Na al dit gegrap slaan we proviand in voor de komende dagen en aan het gezicht van Jan Wouter kan ik zien dat hij al deze producten liever niet in ontbijt, lunch of avondeten ziet veranderen. We moeten hem langzaam laten wennen en de mooie kanten van het kamperen tonen, dus ik loop nog maar even langs het schap met de bacon. Dat wordt morgen een superlunch! Bij terugkomst in het hotel begint het enorm te regenen. Er komt geen eind aan. Zelfs het zwembad stroomt over en het barretje van het hotel loopt voor een deel onder. Als we de volgende dag wakker worden, is er meer dan 100 mm gevallen. We besluiten snel op pad te gaan en de regen achter ons te laten. We vertrekken in de groene omgeving van Windhoek en pakken dirtroads richting Swakopmund. Onderweg bakken we eieren met bacon. Het landschap verandert langzaam in zand. We passeren een paar uraniummijnen en aan het eind van de middag vinden we een camping vlak aan zee. Jan Wouter sputtert uiteraard en zegt nog maar eens dat hij echt niet in een tent gaat liggen, maar na een kwartier is ons kamp opgezet en staat het bier op tafel. Sjors en Sjimmie hebben namelijk een enorme koelkast in de huurauto, dus dat treft! We lopen naar het strand en zien daar een heuse beachbar. Het is off-season en dus niet druk, maar de locatie is fantastisch. Met een biertje in de hand zien we de zon onder gaan. Jan Wouter besluit als eerste dat het wel mooi is geweest en als Hans en ik later bij ons kamp komen, ligt Sjimmie al uitgebreid te ronken! De volgende dag gaan we eerst naar Walvisbaai. Jan Wouter heeft gehoord dat een kennis daar met een schip ligt voor onderhoud. We proberen hem te bellen, maar krijgen de voicemail. Alle straten van Walvisbaai staan onder water, want het heeft er plaatselijk heel hard geregend. Ze zijn daar niet echt berekend op veel regenval, dus de auto's drijven door de straten. We drinken een slappe bak koffie aan het water waar de flamingo's staan en gaan terug naar Swakopmund voor een uitgebreide lunch in het oude station. Daarna is het tijd om richting de zeehondenkolonie van Cape Cross te gaan. We passeren het begin van de Skeleton Coast, een immens stuk kustlijn waar in vroeger dagen aan de lopende band schepen op stuk liepen. We hebben al besloten deze kustlijn niet helemaal af te gaan, omdat de meeste wrakken niet meer zichtbaar zijn. Toch hebben we geluk, want we zien een wrak van een schip dat drie jaar geleden is gestrand. Sjors en Sjimmie komen nog bijna vast te zitten in het mulle strandzand, maar de vier wiel lage giering biedt gelukkig uitkomst. We rijden naar Cape Cross. Er zitten daar meer dan 100.000 zeehonden aan de kust vanwege het rijke voedsel in de koude golfstroom. Als we er een uurtje voor sluitingstijd arriveren, wil ik nog haast maken, maar Rein zegt dat we er vast na een kwartiertje al genoeg van hebben. Daar heeft hij helemaal gelijk in. Het aangezicht van al die duizenden zeehonden en het geluid wat ze produceren is ronduit fantastisch, maar de geur die ze verspreiden is werkelijk niet te harden! We moeten echt moeite doen om die heerlijke lunch van vanmiddag binnen te houden. We rijden naar de dichtstbijzijnde camping. De kustlijn bestaat hier uit een enorm brede platte strook zand en we voelen er niet veel voor in deze ietwat saaie zandbak te kamperen. We besluiten door te rijden naar een camping waar ik over heb gelezen. We komen terecht op een weg vol stenen die zich door een rotsachtig landschap slingert. Onze auto's denderen alle kanten op en we vragen ons af waar we terecht gaan komen. Uiteindelijk komen we bij een prachtig gelegen campsite die door de Save The Rhino Trust gerund wordt. Als we bij onze plek komen, zien we een bordje dat we goed moeten oppassen voor olifanten, hyena's en leeuwen. Dat wordt een spannende avond! De wc bestaat uit een opgemetseld gat in de grond met een wc-bril erop en de douche is de meest fantastische die ik ooit heb gezien. Met een houtvuurtje wordt water in een olievat verhit. Vervolgens kun je dat water in een emmer tappen en dat water weer in een andere emmer gooien, die je met een katrol op de gewenste hoogte kunt hangen. Onder deze emmer bevindt zich een heuse douchekop. Kraantje opendraaien et voila! 's Avonds koken we een lekker maaltje en genieten we van de zonsondergang. Hans bakt de worsten en Jan Wouter begint in het kampeergebeuren te komen. Hij geniet zichtbaar van deze unieke plek in de middle of nowhere. Ik ben blij dat we met onze vrienden op zo'n speciale plek terecht zijn gekomen. De volgende dag gaan we kilometers maken naar Etosha National Park, een gebied van meer dan 20.000 km2. In de droge tijd is dit een van de betere plekken in Afrika om wild te spotten. Je hoeft dan eigenlijk alleen maar bij een watergat te wachten en alle dieren komen vanzelf drinken. Wij zijn off-season en in de regentijd, dus voor ons wordt het wat moeilijker. Als we het park binnenrijden, zien we meteen een aantal giraffen. We installeren ons op de camping, waar Rein een Duitser ontmoet die voor het Duitse leger in Afrika werkt. Hij heeft de dag ervoor een lekke band gekregen en zijn auto staat nog ergens in het park. Een paar uur voor de hekken sluiten gaat Rein met hem en en reservewiel richting de auto. Jan-Wouter, Hans en ik nestelen ons aan de bar bij het zwembad. Na een tijdje komen de mannen weer terug met slecht nieuws: het reservewiel past niet. Rein, sociaal als hij is, biedt de Duitser de volgende dag een lift aan naar een dorp 120 kilometer verderop. Voordat ze daar een wiel gaan halen , doen we bij het krieken van de dag een gamedrive. Hans, Rein, 2 Duitsers en ik stappen in een safari-auto met een gids en speuren het landschap af naar wilde dieren. Het is ongehoord koud die ochtend en de Duitsers zijn van het typische serieuze soort. We zien bijna geen dieren en we krijgen enorm de slappe lach. Bij terugkomst staat Rein's Duitser al te wachten en in de hitte gaan ze op weg. De mannen en ik doden de tijd met loungen aan het zwembad. Het duurt uren voor ze weer terug zijn. De Duitser heeft een vrouw van het type als-ze-in-de-melk-kijkt-wordt-ie-zuur en als ze puffend en steunend komt melden dat ze al de hele dag op haar man wacht, ontploffen we bijna. Hallo? Het is verdomme haar auto en haar man en Rein zijn zo goed om de boel te fixen en wij wachten immers ook al de hele dag! Tegen het eind van de middag komen ze terug en is alles geregeld. Na de nodige biertjes gaan we richting tent. Over het terrein zien we jackals lopen en in de nacht hoor je de leeuwen brullen. De volgende dag rijden we naar de oostzijde van het park. We zien giraffen, gemsbokken, impala's, springbokken, wrattenzwijnen, zebra's, wildebeesten, secretarisvogels en hartebeesten. We rijden een stuk over de Etosha pan, die wel 5000 km2 groot is. Een immense vlakte. Bij aankomst in Namutoni worden we getrakteerd op een waanzinnige zonsondergang. Woensdagochtend hebben we het laatste ontbijt met onze vrienden. We gaan allen richting Tsumeb en stoppen bij Lake Otjikoto, een meer van wel 55 meter diep. Toen de Zuid-Afrikanen in 1915 oprukten, dumpten de Duitsers hun wapentuig in dit meer om te voorkomen dat het in Zuid-Afrikaanse handen viel. In Tsumeb lunchen we en daarna nemen we afscheid van Sjors en Sjimmie. Het was erg leuk dat ze bij ons waren en we zullen ze missen! Zij gaan weer richting Windhoek en wij gaan naar de grootste meteoriet op aarde: de Hoba meteoriet. Ongeveer 80.000 jaar geleden is deze 54.000 kilo wegende meteoriet op aarde neergestort. We informeren via sms bij onze in Nederland wonende Namibische vriend Uwe of dit werkelijk authentiek is. Hij antwoord dat dit een fake exemplaar is voor de toeristen en dat de echte aan de Chinezen is verkocht. We weten niet of dit een grap is of de waarheid. In elk geval is het een behoorlijk brok metaal. Verder op weg passeren we de Red Line, een grens die de commerciële veeteelt van het zuiden scheidt van de arme dorpsveeteelt in het noorden. Er is een checkpoint waar we onze schoenen en de wielen van Carlos moet desinfecteren in verband met mond- en klauwzeer. Als je deze grens overkomt, kom je meteen van ontwikkeld gebied in onderontwikkeld gebied. We hebben voor het eerst het idee dat we echt in Afrika zijn. We passeren dorpjes met hutjes en langs de weg lopen de koeien los rond. Het klimaat en landschap wordt opeens van een tropisch karakter. Via Rundu komen we aan het begin van de Caprivi-strip, een smalle strook land die aan de kaart van Namibië lijkt te zijn vastgeplakt. Het is ooit vanuit strategisch oogpunt bij Namibië gaan horen, maar voor veel reizigers is het niet meer dan een toeganspoort tot Chobe NP in Botswana en de Victoria Falls in Zambia en Zimbabwe. We rijden naar Ngepi Camp aan de Okavango River. Het is een prachtig opgezette camping, compleet met open bushdouches en wc's. In het seizoen is het hier beredruk, maar nu zijn we praktisch de enige bezoekers. De rivier zit vol met krokodillen en nijlpaarden, maar door de regen zijn ze nu verspreid over een veel groter gebied. 's Nachts hoor je prachtige tropische geluiden die me doen denken aan de jungle in Azië. De volgende dag rijden we naar Katima Mulilo. Langs de kant van de weg passeren we borden waarop staat dat we op moeten passen voor olifanten. We zien er uiteindelijk twee, maar die duiken snel de bush in. Even later zien we er nog een. Het is een mannetje van wel zes ton. Hij staat pal langs de weg en we stoppen om foto's te maken. Het is een prachtig gezicht, maar de olifant krijgt ons in het snotje en begint met zijn slurf wat takken in de lucht te gooien. Wanneer hij met een poot als een stier over de grond begint te schrapen, schreeuwt Rein: ''Gas erop! Wegwezen hier!'' De olifant neemt een aanloop richting Carlos en ik trap met bonzend hard vol op het gaspedaal. Net op tijd! Als we verder rijden, fantaseren we over hoe wij en Carlos eruit hadden gezien als de olifant de auto had kunnen bereiken. Je hebt bar weinig in te brengen tegen zo'n vier meter hoog gevaarte... Bij aankomst in Katima regent het pijpenstelen en we besluiten tot een dak boven ons hoofd bij een Bed & Breakfast. We hebben een zak vol wasgoed en we moeten nodig eens op internet. De nicht van onze vriend Uwe woont in Katima en we gaan koffie bij haar drinken. We zijn uiteraard en route naar Victoria Falls en we twijfelen of we via Zambia of via Botswana en Zimbabwe zullen rijden. Na wat informeren besluiten we voor Botswana en Zimbabwe te gaan. Met alle visakosten, autoverzekeringen en brandstofheffingen wordt het een dure onderneming. Maargoed, het is wel de grootste waterval ter wereld. We maken een tussenstop in Kasane, waar we op een leuke camping staan waar veel overlander trucks staan. Dat zijn grote 4WD trucks met budgetreizigers die heel Afrika doorgaan. Het is de meest goedkope manier om hier rond te reizen. Ze slapen allemaal in tenten op 1 kampeerplek en koken zelf hun potje. Ze kennen elkaar niet van te voren en zitten in het uiterste geval 11 maanden bij elkaar op de lip. We zijn toch maar weer even blij met Carlos en onze daktent! De volgende dag rijden we naar de grens met Zimbabwe. De man van Immigration wil even laten zien wie de baas is en doet een spelletje op de computer, terwijl hij ons hoort te helpen. Wij hebben nog geluk, want als je naar de kilometers lange rij vrachtwagens aan de grens kijkt, zakt je de moed in de schoenen. Die lui staan er soms wel dagen te wachten. Wij kunnen vlot door en rijden naar Victoria Falls. Dit stadje is destijds speciaal voor toeristen gebouwd en heeft veel te lijden gehad onder de oorlog en instabiele politieke en economische situatie in Zimbabwe. De toeristen kozen lange tijd voor Livingstone, een stadje aan de veilige Zambiaanse kant van de waterval. We worden gek van alle mensen die je wat proberen te verkopen. We kopen wel een biljet van 10 triljoen Zimbabwiaanse dollars. Voordat een paar jaar geleden de Amerikaanse dollar als valuta werd geïntroduceerd, was er in Zimbabwe een mega-inflatie. Het biljet dat we nu voor twee Amerikaanse dollar kopen, was toen nog niet eens genoeg voor een brood. We gaan in een streep door naar de watervallen. De toegangsprijs is absurd hoog, gezien de voorzieningen en het onderhoud binnen de hekken, maar we nemen het op de koop toe. Als we eenmaal zicht krijgen op de 1,7 kilometer brede kloof, waarin het water op het diepste punt 108 meter naar beneden dendert, is alles vergeten. Omdat we in de regentijd zitten, is het middenstuk van de watervallen niet zichtbaar door de immense spray die het vallende water veroorzaakt. Als we daar langs de rand lopen, lijken we in een tropische regenbui te zijn beland. Het lawaai, de wind en de spray die al het vallende water veroorzaakt, is niet te beschrijven. Het is een van de mooiere dingen die ik ooit in mijn leven heb gezien. We gaan luchen in het Victoria Falls Hotel, het oudste hotel in Victoria Falls. Het is een typisch koloniaal gebouw en je waant je meteen in het begin van de twintigste eeuw. In de verte zie je de enorme wolk van de spray van de watervallen. Omdat er door de regenval zoveel water is, lijkt het hele bos onder de rook te staan. Na een culinair hoogstandje slaan we ons kamp op bij een Backpackers lodge. Er zit daar een ietwat dronken zwarte kunstenaar, Dexter, die van ijzerdraad en stof een waanzinnig bouwwerk heeft gemaakt. Hij noemt het de Global Village en door aan wat hendels te draaien zet hij een stelsel van poppetjes in beweging. Elk gedeelte representeert een gebied in de wereld. Voor het Jamaicaanse gedeelte bouwde hij een huisje waarin, wanneer hij het dak oplicht, een hoerenkeet zichtbaar wordt. De poppetjes zijn volop in beweging en buiten rookt een poppetje een joint. Het is een fantastisch bouwwerk en we geven hem wat dollars voor zijn uitleg. 's Avonds hangen we aan de bar en ontmoeten we allerlei types. Ook wat blanken die in Zimbabwe geboren zijn en allemaal hebben ze hun geschiedenis. Het is erg boeiend en we genieten van alle gesprekken die we hebben. We merken nu al dat we in Botswana en Zimbabwe veel meer contact hebben met reizigers en locals. Dat ontbrak er in Zuid-Afrika en Namibië een beetje aan. De volgende dag willen we over de Victoria Falls Bridge naar de Zambiaanse kant van de Vic Falls. We hebben Carlos al achtergelaten, omdat het heel duur is de auto voor een dagje mee te nemen. Als we bij de grens zijn, rekenen we uit dat het ons wel 160 US dollar gaat kosten om de Falls van de andere zijde te gaan bekijken. We denken niet lang na en gaan terug. Als we er wat bijlappen, kunnen we namelijk een helikoptervlucht over de Falls maken. We boeken meteen, maar als het tijd is om te vliegen, begint het te regenen. Na anderhalf uur klaart het op en gaan we de lucht in. Vanuit de lucht krijg je pas echt een goed idee van de grootte van het waterspektakel. Het is een fantastisch gezicht en als we een kwartiertje later weer aan de grond staan, zijn we wild enthousiast. We gaan weer richting de Backpackers en hebben een gezellige avond met een Nederlander en een Amerikaan. Mocht iemand ooit in de buurt zijn van de Vic Falls en twijfelen om te gaan: doen! En al helemaal in de regentijd.

  • 14 Februari 2011 - 10:43

    Kees En Maj:

    O, wat leuk om dit te lezen,i k heb zelfs zitten lachen om de capriolen van jullie vrienden, maar eerlijksheidshalve moet ik toegeven dat tukken in zo’n daktent ook niet aan mij besteedt is, die douche moet hier in epse nagebouwd worden en die plee ook ergens tussen jullie en ons, bv spoelen en douchen met het water uit het filter doen we ook nog aan het milieu. Ben wel blij dat Carlos nog snelheid kon maken want ik kreeg niet de indruk dat het de „rolo olifant” was, doe voorzichtig we willen hier niet nog meer leuke buren kwijt, xx kees,ollie en maj

  • 18 Februari 2011 - 00:34

    Frans Kroon:

    Beter dan: "Boer zoekt vrouw" of "Wilders" of "Provinciale Staten Verkiezingen" in Nederland!
    Dus: lekker blijven genieten en zere tanden goed spoelen met zout water! :-)
    Genieten dus en groeten,
    Frans.

  • 27 Februari 2011 - 20:21

    Ankie:

    Geweldig alle avonturen met Sjors en Sjimmie en zowiezoooooooo mieters meegenieten :-) Nog even alles dubbel en dwars opslurpen jongens, want het is al weer bijna voorbij!!
    Maar goed dan zien wij elkaar weer eens her en der en af en toe, ook errug leuk. Het is hier ook best mooi, qua natuur dan, de rest inderdaad beduidend minder.....
    Wel houden de spannende tijden in Noord-Afrika/Het Midden Oosten mij nogal bij de TV.

    Goeie reis terug Popjes, dikke zoens,
    Ankie

  • 03 Maart 2011 - 09:23

    Wim Van Dijk:

    Was weer helemaal meegenieten met jullie. Maar wordt inderdaad tijd dat jullie weer naar Deventer komen, gewoon normaal bezopen raken in de kroeg. verheug me erop jullie weer te zien.
    Liefs en tot gauw, Wim

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Zuid-Afrika, Upington

Africa - Part One

Recente Reisverslagen:

14 Februari 2011

Sjors & Sjimmie in Afrika

28 Januari 2011

Zandhappen

12 Januari 2011

Van de regen naar de hitte

31 December 2010

Wild Coast & X-mas

11 December 2010

Aankomst in Afrika

Actief sinds 27 Juni 2008
Verslag gelezen: 3768
Totaal aantal bezoekers 59199

Voorgaande reizen:

05 December 2010 - 02 Maart 2011

Africa - Part One

28 Augustus 2008 - 18 Augustus 2009

Met de auto naar het Verre Oosten

12 Januari 2012 - 30 November -0001

Africa - Part Two

Landen bezocht: